De deltavariant slaat gaten in de bescherming die de covid-vaccins bieden.

Hoe goed houden de vaccins stand tegen de deltavariant?
Vóór de komst van de deltavariant konden de mRNA-vaccin zoals Pfizer (of Moderna) de kans om besmet te raken en symptomen te ontwikkelen met 90 procent verminderen.

Bij AstraZeneca (of Janssen) is dat 80 procent,
Daaruit blijkt ook dat de deltavariant de werkzaamheid van de vaccins slechts ­beperkt aantast.

Bij recente publicaties blijkt de bescherming van het Pfizer-vaccin tegen symptomatische besmetting bij de deltavariant gezakt tot 40 procent.

Moderna houd beter stand, met bescherming ­tegen delta van 75 procent. Het Moderna-vaccin wekt meer antistoffen op.

Dat de bescherming tegen een besmetting fors zakt, is geen drama – zolang de bescherming tegen ernstige ziekte maar standhoudt.

Een gevaccineerde heeft 95 procent minder risico op een ­ziekenhuisopname te hebben door de ­deltavariant.

Als een gevaccineerde toch besmet is, vormt hij een groter risico voor een niet-gevaccineerde dan omgekeerd. Die laatste loopt immers een veel groter risico om ernstigziek te worden

‘Dat de bescherming met de tijd daalt, is de normaalste zaak van de wereld’,

Dat je als gezonde gevaccineerde toch besmet raakt, is niet dramatisch zolang je milde symptomen hebt zoals neusloop of een hoestje.
Het kan zelfs nuttig zijn, omdat je bloot­gesteld wordt aan andere eiwitten en je ­immuniteit breder wordt.

Voor mensen met een zwakkere gezondheid of een minder goed immuunsysteem is er wél een risico om in het ziekenhuis te ­belanden en ernstig ziek te worden of zelfs te overlijden, ondanks vaccinatie.

Als het ­virus opnieuw sterker gaat circuleren, ook bij gevaccineerden, lopen zij het risico om daar het slachtoffer van te worden.

Bij wie slaat het vaccin minder aan? rusthuisbewoners en patiënten met een immuundeficiëntie, bij een kankerbehandeling of orgaantransplantatie.

Een andere factor is de tijd: hoe langer geleden de vaccinatie, hoe sterker de bescherming afneemt.
Daarom is het nodig om bij de alleroudste een herhalingsinenting te geven

Ook bij mensen met erg veel antistoffen werden infecties vastgesteld.

In een stadion hoeft een mondmasker niet meer.
Waarom dan wel nog bij gevaccineerden onderling?

bij gevaccineerden ziet men een te hoge verspreiding van de deltavariant.
Zeker bij ontmoetingen met kwetsbare mensen en bij druk verkeer, zoals op de tram, zou men een mondmasker moeten dragen

Een niet-gevaccineerde heeft een grotere kans om besmet te zijn én een grotere kans om het virus door te geven. Een niet-gevaccineerde heeft bij besmetting een hogere ­virale lading, meer en langer symptomen en het virus is langer detecteerbaar

Bij de deltavariant zijn de verschillen kleiner geworden.

Als een gevaccineerde toch besmet is, vormt hij een groter risico voor een niet­ gevaccineerde dan omgekeerd. Die laatste loopt een veel groter risico om ernstig ziek te worden.

Dat is er met de delta­variant niet beter op geworden. In vergelijking met de Britse variant is het risico op een ziekenhuisopname dubbel zo hoog.

‘Gezien de veiligheid van de vaccins heeft niemand nog een reden om zich niet te laten vaccineren – tenzij er een absolute tegenindicatie is, maar dat geldt voor erg weinig mensen’,
Wie het niet doet creëert een gezondheidsrisico voor zichzelf en voor anderen.’